The summer of '54
We gooiden Gerard gelijk in het diepe. Azie in het algemeen kan al overweldigend zijn, Bangkok is dat zeker. Elke vierkante meter wordt hier ‘optimaal’ gebruikt en waar je ook kijkt zwermt het van de mobiele eettentjes, taxi’s (echte, of tuk-tuk’s), markten, druk verkeer en vooral heel veel mensen. Omdat Gerard zijn biologische klok geen jet-lag toestond hebben we gelijk de stad verkend. Overdag hebben we per boot-ferry de vele tempels, toeristische straatjes en barretjes bezocht en ‘s avonds struinden we de markten af (waar we overspoeld werden met aanbiedingen om de ‘ping-pong-shows’ te bekijken, wat bleek te gaan om schaars geklede dames, al dan niet travestiet). Ook de Thaise massages zijn vaak van bedenkelijke praktijk, waarmee de hoofdstad zijn reputatie waarmaakt.
Als echte backpackers reisden we gedrieen verder per lokale trein naar het noorden van Thailand. Nadat we nog tijdens het spelen van het volkslied met de rest van de wachtenden in de stationshal waren opgestaan, namen we voor de komende 12 uur plaats in de (airconditioned) wagon. De reis werd met 2 uur verlengd doordat de trein de heuvel niet opkwam. Achteruit reden we terug naar het vorige station waar de trein versterkt werd met een extra locomotief.
Chiang Mai werd ons thuis voor de volgende 4 dagen. Ondanks de hoge temperatuur boekten we een twee-daagse ‘trekking’ (wandeltocht). We werden bij ons hostel opgehaald en na een kleine twee uur per minibus werden we met onze bekwame gids Rambo in the middle of nowhere afgezet. Tijdens de wandeltocht bezochten we een mooie waterval die ook gelijk voor de nodige verkoeling en douche zorgde, liepen we door de dorpjes van de etnische minderheden heen en reden we op de rug van een olifant. De nacht brachten we door in charmante (lees: verstookt van enige luxe) hutjes. Wel was de locatie adembenemend (quote Gerard: het is hier zo mooi, je zou er emotioneel van worden). Tijdens de afsluitende bamboo-vlot-tocht staken andere (tamme) olifanten de rivier voor onze ogen over. Een magnifiek gezicht, die jullie helaas onthouden wordt omdat onze camera’s hoog en droog achter waren gebleven.
Omdat de heenreis toch een beetje hardcore was gebleken (en het budget-technisch niet heel onverstandig was) besloten we per vliegtuig naar Bangkok terug te gaan. Per bus zetten we de reis gelijk verder naar het westen waar we Kanchanaburi (allicht bekend van de ‘bridge over the river Kwai’) aandeden. Per scooter verkenden we een volle dag de door landbouw gedomineerde omgeving. Hier ontdekten we het grote voordeel van Thailand: honderd meter verwijderd van de hoofdstraat (of toeristische attractie) vind je jezelf in een nog niet (door toerisme) verpestte omgeving.
Komende dinsdag gaan we naar Hua Hin (200 km zuid van Bangkok), waar het vakantiehuis van de oom en tante van Sheila staat.
Wist u dat:
- Sheila en Gerard stilletjes van de boot af stapten toen Theo nog foto’s aan het schieten was?
- En dat je dus zo je echte vrienden op vakantie leert kennen?
- We dankzij Mathieu en zijn broer weer een Iphone hebben en daardoor weer beter bereikbaar zijn?
- Gerard twee dagen na aankomst weer aan eten kon denken, nadat hij de aan de levensomstandigheden was gewend?
- Hij hier een aantal interessante vervoersoplossingen heeft gezien, die de RDW waarschijnlijk niet gaat toestaan?
- We tijdens het varen op een bamboo vlot benaderd werden door een (bijna verdrinkende) vrouw die haar whisky wilde aanprijzen?
- Ze in Thailand in het jaar 2554 leven?
- We voor vage kennissen 10 kg wierook per post hebben verstuurd naar Nederland?
- Een zwart leren scooterzadel best warm wordt als hij een tijdje in de zon heeft gestaan?
- Theo de pot pindakaas (waar hij al 2 twee maanden naar uit had gekeken) al na twee dagen stuk liet vallen?
- Boeddhisme eigenlijk geen religie is maar een levenswijze?
- Elke opvallende Thaise vrouw eigenlijk een man is?
- We trema’s en andere tekens niet kunnen vinden op de buitenlandse Word en dat we gemakshalve alle andere spellingfouten hier ook maar aan wijten?
- Het volgende verhaal veel korter wordt, daar we waarschijnlijk een week aan het zwembad gaan liggen bij de oom en tante van Sheila?
Laos, de reis is de bestemming
Er restte ons nog een laatste horde om uit het (mooie, maar) bedriegende Vietnam weg te komen. Onze bestemming was Laos en de enige mogelijkheid om er te komen was de bus. De receptioniste verzekerde ons dat de busrit in een luxe touringcar met airco zou geschieden en die ons zonder over te hoeven stappen af zou zetten in Savannaketh, Laos.
Het eerste gedeelte ging uitstekend, we moesten eerst weer een stukje terug naar het noorden voordat we (in westelijke richting) de grens met Laos over konden steken. In het plaatsje Hue bleven we een nacht slapen om de lange reis van 15 uur op te breken. Na het eten kwamen we (uiteraard) weer bekenden tegen, die we in de week ervoor in Hoi An hadden ontmoet. De volgende ochtend vroeg werden we opgehaald met een heel klein, drukbezet busje. Geen ramp, want we zouden spoedig in een grote luxe bus overstappen. De buschauffeur reed aardig door en ondanks dat de hele bus in paniek uitbrak toen we op een overstekend kalfje afstormden, bleef de chauffeur stoicijns en mistte het kalfje op een haar na. Drie en een half uur later werden we (veilig) uit datzelfde busje gedirigeerd met als enige informatie dat we ‘die’ kant op moesten om de grens (lopend) over te steken. Na alle grensformaliteiten (met een blikje bier in de hand, ze doen hier niet zo moeilijk) moesten we van onze ‘reisleider’ (als enige comfortabel op een scooter) nog een stukje verder lopen voor de bus...
Een half uur lopend verder (met onze bagage op onze rug en in 30+ graden Celsius) kwamen we aan op het lokale busstation.Hier zou dan toch wel onze duurbetaalde luxe bus klaar staan? Het antwoord op die vraag hangt van je eigen standaarden af, we konden in ieder geval goed geventileerd verder (zie foto’s). Met 10 mensen achterin de open bestelwagen dachten we dat het al aardig vol was. Dit bleek bedrog want klaarblijkelijk was de wagen waar wij achterin zaten het enige openbaar vervoer op dit traject en uiteindelijk zaten of hingen we met 28 man in, op en achter de bus en hadden we twee scooters (bijna) op onze schoot (Jordi, je had weer eens gelijk).
Laos; als je de kleur groen filtert uit het landschap, waan je je in Afrika (ook al zijn we daar nog nooit geweest). Een stuk armer dan Vietnam, met rode zandpaden, hutjes van riet en kinderen in hun blootje op straat. Gelijk is ook de vriendelijkheid en nieuwsgierigheid van de mensen naar ons toe weer terug (wat we in Vietnam zo mistten). In verband met de (tijdrovende) visumaanvraag voor Thailand, verbleven we de volgende drie dagen in de grensplaats Savannaketh. Een erg rustig dorpje (met toch nog 120.000 inwoners) waar we heerlijk zijn bijgekomen van de lange reis, ons hebben verwonderd over de vele (Boeddhistische) tempels en monniken op straat. Thailand wachtte op ons aan de andere kant van de rivier de Mekong.
De busreis naar de hoofdstad van Thailand, Bangkok, verliep naar Westerse maatstaven (wat ook wel een keer lekker was). De chauffeur hoefde maar een keer (met gevaar voor eigen leven, zo dicht bij het voorbijrazende verkeer) te sleutelen aan de versnellingsbak. In Bangkok blijven we een paar dagen want morgen komt Gerard!
P.S.
-Hans en Margreet: nog een keer bedankt voor de dollars, ze hebben ons over de grens van Laos heen geholpen.
-Henk en Pollewops, we hebben nu ook jullie donatie in dollars (voor dit soort gevallen) omgezet, bedankt.
-Henk en Ellen, bedankt voor de extra fotoruimte! (en met het muntjes sparen gaat het voorspoedig).
Wist u dat :
- Theo zelfs hier, door de pakjes melk, aan zijn werk wordt herinnerd? (en dat hij dat gevoel best had kunnen missen?)
- Ons paspoort steeds voller komt met allerhande stempels en visums?
- We weer een uur ‘dichter’ bij huis zijn, met het tijdverschil nu op 6 uur later?
- Er een ‘Jack-fruit-boom’ bestaat en wij die hebben gezien?
- Ze in Vietnam en Laos geen muntjes hebben?
- Theo nog nooit zoveel fruit als hier heeft gegeten, door alle kleurige fruitkraampjes op straat (waar ze de grootste hindernis voor mannen om fruit te eten wegnemen, door het voor je te pellen en snijden)?
- Je de (Franse) koloniale invloeden in Vietnam en Laos nog kan proeven door de baquettes met ‘la vache qui rit’?
- Ze in Laos en Thailand en een ander schrift (alfabet) wordt gevoerd (en dit voor ons niks uitmaakt, want het ‘normale’ hadden we ook niet begrepen)?
- Jullie reacties (positief als kritisch) zeer worden gewaardeerd!!
Vietnam
Met het verlaten van Hong Kong lieten we China nu echt achter ons. Dragon Air bracht ons zeer comfortabel naar de hoofdstad van Vietnam: Hanoi. Terugkijkend is China een topervaring geweest, zeker in vergelijking met (onze eerste week in) Vietnam. Vooraf hadden we het meest tegen China opgezien i.v.m. de taal, het vervoer, de hygiene en de cultuur. Wat onterecht is dat gebleken. We hebben ons nooit onveilig gevoeld en ondanks dat we heel veel lokaal hebben gegeten zijn we nooit echt ziek geweest. Ook de Chinezen zelf zijn ronduit respectvol, nieuwsgierig en beleefd. En toen waren we opeens in Vietnam:
Na een shuttlebus genomen te hebben vanaf het vliegveld naar het centrum van Hanoi, vonden we een leuk hosteltje voor een redelijke prijs. De volgende dag gelijk maar even de hectiek van de hoofdstad in. Hanoi is een typisch Zuid-Oost-Aziatische stad: het stinkt er en het zwermt van de mensen. Hoofdvervoersmiddel hier is de scooter, waar er dan ook duizenden van rondrijden. Theo leek het leuk om hier een filmpje van te maken met zijn telefoon. Een van de lokale scooterbestuurders leek het leuk om een Iphone te bezitten. Binnen een flits was de Iphone gestolen. We hadden onze eerste dag in Vietnam anders voorgesteld dan op een politiebureau te zitten voor het rapport. ‘s Avonds hebben we gelukkig nog onze Deense vriend Frej (met de dreadlocks) weer gezien voor het diner.
Omdat Hanoi (ook objectief gezien) niet echt een bezienswaardige stad is leek het ons leuk om gelijk maar naar de oostkust te gaan voor twee dagen om daar (in Halong Bay) het karstgebergte in zee te zien. Na drie uur in een busje (opgevouwen) te hebben gezeten kwamen we aan in de haven. Een slaapboot zou ons een dagje rondvaren, waarna we op de boot zouden slapen. Helaas waren de vorige dag 12 mensen omgekomen toen een boot de nacht ervoor was gezonken. Ons boottochtje ging na lang wachten nog wel door en het was er werkelijk fantastisch mooi (zie de foto’s) maar ‘s nachts sliepen we natuurlijk veilig in een hotel waarna we weer met een zelfde soort busje terugkeerden naar Hanoi.
Nadat we voor de tweede keer Hanoi waren uitgevlucht, omdat we er ons nu echt niet meer veilig voelden, kwamen we aan in het plaatsje Ninh Binh (100 km verder en 5 uur ouder). Hier moesten we even wat geld bij pinnen. Helaas kwam mijn pasje niet meer terug toen de pinautomaat opnieuw opstartte tijdens de transactie. Na veel frustratie (en een uurtje of 6 later) en het wijze advies van de politie zelf om de automaat zelf maar open te breken, kwamen er mensen van de bank om mijn pasje terug te geven. Nu voelden we ons echt niet meer fijn. Dezelfde dag nog gingen we door met een slaapbus (dit keer met genoeg beenruimte) naar Hoi An, wat in midden Vietnam ligt.
Hoi An is een leuk toeristisch plaatsje, vlak bij zee. Na even flink bijgeslapen te hebben voelden we ons weer wat beter. We besloten hier maar even vakantie te houden (want er is een groot verschil tussen reizen (soms niet fijn) en vakantie (fijn)). Hier hebben we de afgelopen dagen lekker gefietst tussen de rijstvelden en groentetuintjes en hebben we zelfs een dag op het strand (van 25 km lang) gelegen. Het weer werkt ook mee, het is hier (na 7 weken kou (ik weet het, in Nederland is het nog steeds koud)) eindelijk lekker warm en zonnig.
Volgende week komt Gerard (de vader van Sheila) naar Zuid-Oost-Azie om drie weken met ons op te trekken! In de tussentijd gaan wij dus met hernieuwde zin op naar Laos.
Wist u dat:
- In Hong Kong (waar ze links rijden) over op straat: ‘LOOK RIGHT’ staat geschreven, wat Theo zijn leven redde tijdens het oversteken?
- Je in Vietnam met 38 euro miljonair bent?
- De Vietnamese politie (zonder uniform) met hun jeugdelijke uiterlijk heel erg lijkt op het schorriemorrie dat onze telefoon heeft gejat?
- Theo lepeltje-lepeltje heeft gelegen met een Oostenrijker in de slaapbus (vandaar: reizen soms wat minder fijn)?
- Het Theo zijn eerste keer was dat hij een Windows XP afsluitscherm zag toen hij aan het pinnen was?
- Theo nu ook een keer is uitgegleden, op de trap, met een bord pasta, die eindigde op zijn T-shirt?
- De hanen die ons ‘s ochtends wakker schreeuwen onwijs vals kraaien?
- Rijst een graansoort is die in een lange grasspriet groeit?
- De Italianen het wisselende weer: Quattro-Stagioni-weer noemen?
- We in Laos met ‘kip’ gaan betalen?
Happy Birthday!
Als je een jaar op reis gaat, staat het vast dat je een keer jarig wordt in het buitenland. Theo's (28e) verjaardag vierden we in het Belgische hostel in Yangshuo, prachtig gelegen in een rustig valleitje. De taart die Sheila aan had laten rukken zorgde, samen met het zelf-beloofde Belgische biertje (die we gelijktijdig dronken met Gerard in Nl.), voor het juiste ‘jarig zijn' gevoel. ‘s Avonds hebben we gezellig gegeten met twee Nederlanders (Andreas en Sarah) die toevalligerwijs ook uit Bodegraven komen.
Vanaf het moment dat we in dit gebied aan kwamen hebben we bijna onafgebroken: HELLO, BAMBOO? aangehoord van de verkopers die ons voor veel te veel geld mee wilden nemen op hun bamboe bootjes. We hebben daar op mijn verjaardag toch maar eens gehoor aan gegeven. Met een Chinees die zorgt voor de (manuele) aandrijving van de boot hebben we anderhalf uur lang van de omgeving genoten. Zelfs een koud biertje ontbrak niet, want op de route waren de lokalen zo vriendelijk geweest om het ons aan niets te laten ontbreken. Daarna toch nog even in de benen om Moon Hill te beklimmen. Nederlanders als we zijn hebben we de ‘verboden in te gaan bordjes' genegeerd waardoor we helemaal bovenop konden komen voor een ongeëvenaard 360 graden uitzicht. Kortom: een topverjaardag!
We waren helemaal trots dat we, zoals het ons krenterige backpackers betaamt, een low budget oplossing (40 euro p.p./11uur rijden) hadden gevonden voor ons vervoer naar Hong Kong: de slaapbus. Achteraf kunnen we concluderen dat we 80 euro wel eens beter hebben besteed. Theo werd het slapen (bijna) onmogelijk gemaakt door de te kleine bedden maar de rijstijl van de chauffeur hield ook Sheila uit haar slaap. ‘s Ochtends vroeg werden we (verkeerd) afgezet waardoor we met ons uitgeslapen humeur een uur naar de volgende buslijn moesten zoeken. Een ontbijtje bij de MacDonalds en een reizigers douche (zonder water, met wetties (bedankt collega's van de Paalberg)) deed de stemming weer iets stijgen. In een metro station lopend de grens over naar HK (wat geen autonoom land meer is maar een soort staat zoals ze die kennen in de V.S.) en toen eindelijk de stad in!
De grootste aanleiding om HK in onze reis op te nemen was het verblijf bij Kate (en Cong, haar Chinese vriend). Sheila heeft Kate leren kennen in Amerika. De eerste dag was Kate nog niet thuis waardoor we in een (duur!) hostel hebben geslapen. De kamer was net iets groter dan de twee bedden die erin stonden. Gelukkig hadden we de enige douche van de hele verdieping middenin de kamer (de ingang was helaas wel op de gang). Zoveel mogelijk naar buiten dus, wat geen straf is in HK. ‘s Avonds zijn we naar de grootste lichtshow ter wereld geweest, die op de Skyline van HK wordt geprojecteerd (zie de video). Gaaf!!
Ons uitstapje met de 20 minuten durende cable car naar een groot Buddha-beeld (‘s werelds grootste ‘buiten zittende') viel in het water door de onaflatende regen (de poncho's maakten ons er niet modieuzer op). De Victoria Peak tram was een dag later wel een (letterlijk) hoogtepunt in de paar dagen HK. De tram rijdt al sinds 1888 en bracht ons naar een groot gebouw speciaal gebouwd om een perfect uitzicht over de stad te geven. Hier ontmoetten we trouwens (voor de 3e keer, het lijkt of ze ons volgen) Tom en Michelle, die dit jaar een bijna identieke reis doen als wij. Ongelofelijk hoe klein dit reizigerswereldje blijkbaar is. Na de mooie uitzichten gingen we met een ferry (boot) naar een naburig eiland voor een heerlijke wandeling en diner.
Morgenavond vliegen we (met DragonAir, dat beloofd wat) naar Hanoi, Vietnam.
P.s.
Derk en Janneke bedankt voor de extra fotoruimte! (Nu kunnen we écht weer even vooruit)
Wist u dat:
- Gerard (de vader van Sheila) een ticket heeft geboekt naar Bangkok, Thailand om met ons drie weken op te trekken?
- Sheila er bijna voor zorgde dat er een Chinees minder op de wereld rond kon lopen toen ze met haar zware backpack uit balans werd gebracht door de vertrekkende metro?
- We bij de sambal boontjes een bak water hebben gevraagd om de (in véél te ruime mate aanwezige) sambal van de boontjes af te kunnen spoelen?
- We complete gebraden honden in een vitrine hebben zien hangen?
- Chinezen zo dun zijn omdat ze de hele dag alleen maar fruit snacken?
- Hong Kong meer wolkenkrabbers heeft dan New York?
- De Lonely Planet (onze reisbijbel) Taiwan niet wilde vermelden als deel van China waardoor de gids nu verboden in in de Volksrepubliek?
- Onze website gebruikt wordt door Jennie in de klas als studie project (de educatieve verantwoording voelt als een extra backpack aan onze schouders).
- Maar dat we ondanks deze druk ons hier wel heel vereerd door voelen?
- Hong Kong nog tot 1997 tot Groot-Brittanie hoorde? En dat we hier dus nog met muntjes van Queen Elizabeth betalen?
- Vier Chinezen in een kabelbaan bakje meer geluid kunnen produceren dan ons Europese oortjes lief is?
Happy New Year!!
2000 kilometer vliegen en dan nog maar een stukje van een land doorkruisen is een gegeven op zich. We vlogen van Xi'an naar Guilin, Zuid China. Na bijna alleen maar grote steden lekker naar het platteland. Dat het verkeer hier het grootste gevaar is voor ons werd duidelijk toen we van het vliegveld naar het hostel reden en een Chinees onder een wit laken zagen liggen na een scooter ongeluk (je wilt niet kijken maar doet het toch). Het hostel zelf was een beetje een teleurstelling, enorm koud en vochtig. Dan dus lekker naar buiten, langs de rivier gewandeld. Heerlijk om de rust en de ruimte op te zoeken en de Chinese cultuur op te snuiven.
Zo waren er de vissers op hun bamboe-bootjes die met behulp van hun aalscholvers hun vissen vingen. Ze binden een touwtje om de keel van de vogel (laat de dierenactivisten dit niet lezen) en laten ze weer uit om vis te vangen. Daarna lokt de visser de vogel weer met een eerder gevangen visje naar de boot (je zou zeggen dat de vogel het spelletje een keer doorkrijgt en de benen (vleugels) neemt...) en de vis wordt uit de vogel in een mand geschud.
Op 2 februari vierden de Chinezen het nieuwjaar (het jaar van het konijn), wat qua omvang het equivalent is aan onze Kerst. Het hostel organiseerde voor ons een dumpling party, waarbij we onze eigen dumplings (kort door de bocht een soort broodje bapao) konden maken en uiteraard eten (Theo nog redelijk ziek van geweest trouwens). Om middernacht met z'n allen naar buiten om het vuurwerk te bekijken en zelf af te steken (we boosten de lokale economie maar een klein beetje met onze 1,80 euro aan vuurwerk). Vooraf dachten we dat het vuurwerk gigantisch zou zijn maar dat viel tegen. Er werd wel redelijk wat afgestoken maar niet zoveel als verwacht (gehoopt) en ook de beroemde optochten met de draken bleven uit (doen ze blijkbaar alleen in het noorden). Daarentegen blijven ze het vuurwerk wel zeker een dag of 14 afsteken.
Na een paar dagen in Guilin hebben we de bus gepakt (het duurde wat langer dan beschreven omdat we geen idee hadden hoe de bus hier werkte) naar Yangshuo. Yangshuo zelf is niet heel bijzonder en vooral heel druk en toeristisch maar de natuur eromheen is werkelijk adembenemend. Het Karstgebergte is een landschap op zich (zie de foto's). Hier kunnen we lekker doen waarvan we houden op vakantie (thuis trouwens ook): actief zijn in de natuur, hele dagen wandelen of fietsen.
Dan even over de eet-cultuur hier in Zuid China. Buiten dat we hier ontzettend lekker eten elke avond (omdat we weten wat wel maar vooral ook wat niet te moeten bestellen, soms met behulp van ons vooraf vertaalde menu-lijstje) houden ze er hier toch wat andere gewoontes op na dan in Nederland. Zo stallen ze de nog levende dieren die op het menu staan vaak voor het restaurant uit, nemen levende kippen in een plastic tas in de bus mee, villen de honden op de markt (iets wat we hoorden van anderen en daarna uiteraard die markt hebben gemeden) en eten ze in het algemeen alles met vier poten (of nul: de slangen). Maar nogmaals, het eten voor ons is hier werkelijk een feest.
Deze week gaan we nog genieten van de natuur (en uitrusten van onze gebroken nachten in het feest hostel. Zie onderstaande wist u dat). Donderdagavond hopen we met de (slaap) bus naar Hong Kong te kunnen reizen...
P.S.
Papa, Mama en Annemiek: bedankt voor de fotoruimte. Zo kunnen we weer even vooruit (we kunnen nu 1300 foto's plaatsen).
We waarderen alle reacties op de website enorm, het is echt een moment om naar uit te kijken voor ons na een nieuw verhaal of fotoserie!
Wist u dat:
- We na drie dagen het hostel in Yangshuo zijn ontvlucht nadat we erachter kwamen niet bij de zuipende, feestende, stelende en luidruchtige doelgroep te horen (we worden oud!)
- We nu ons plekje hebben gevonden buiten het centrum in een idyllisch hosteltje (bij de andere bejaarden).
- We elke dag als filmsterren met Chinezen op de foto gaan omdat ze het blijkbaar heel apart vinden hoe wij eruit zien met onze blonde haren (Sheila dan) en onze blauwe ogen..
- Theo morgen (alweer) 28 wordt.
- En daar morgen een lekkere Belgische Leffe op gaat nemen (met dank aan de Belgische eigenaar van het hostel).
Midden China: Xi'an.
's Ochtends in alle vroegte kwamen we aan met de trein in Xi'an. We hadden de ruimte (4 persoons slaapcoupe) gedeeld met een ouder Chinees echtpaar. Om de backpacks uit de kleine opbergruimte te trekken was nog een behoorlijke opgaaf. Ook was het even zoeken naar de juiste buslijn (en natuurlijk werden we lastig gevallen door iedereen die ook maar iets te verkopen heeft (hotels, tours, eten, etc)). Het is erg fijn om in het laagseizoen te reizen doordat je minder toeristen om je heen hebt, maar je krijgt er dan ook wel alle aandacht van opdringerige verkopers voor terug.
Ons hosteltje gevonden, erg leuk weer midden in de stad. Lekker een tweepersoonskamer (met douche en toilet op de gang) en een enorm groot bed (wederom een vermomde plank trouwens, we zijn blij dat we onze eigen matjes bij ons hebben voor wat minder geradbraakte nachten). Nadat we de stad te voet hadden verkend en op een heel leuk lokaal marktje wat etenswaren hadden gekocht en gegeten (overal ruikt het trouwens naar heerlijk eten (afgewisseld met de on-ontkoombare rioollucht)) gingen we 's avonds op zoek naar een leuk restaurantje voor het diner. Ik moet toegeven dat we vooraf toch wel een beetje tegen het eten opzagen in China, i.v.m. met de andere gewoontes en de hygiene.. Wat een onterechte angst is dat gebleken! Het eten is een absoluut feest hier! (als we eenmaal door de taalbarriere heen het juiste hebben kunnen bestellen en er andere dingen dan kikkers, varkenshuid, hele kippen etc op het menu staan). Ook het eten met stokjes gaat ons nu goed af (Max, je had gelijk; bedankt voor de oppepper). In een wat sjieker restaurant (geen 4 euro voor een diner, maar 7 euro totaal) kregen we bestek erbij, maar we hebben alles keurig met de stokjes naar binnen gekregen.
Om Xi'an staat (quote uit het toeristen blaadje:) de best behouden antieke stadsmuur in de wereld. Mooi is hij in ieder geval wel. Het leek ons leuk om de stadsmuur rond te fietsen, wat een tochtje van zo'n 14 km inhield. We konden kiezen uit twee enkele fietsen of een tandem. Wij, toeristen als we zijn, kozen voor de tandem. Sheila zat voor het eerst van haar leven (achterop) een tandem, met ondergetekene als bestuurder. Dit heeft heel de stad gehoord, als de fiets weer een onverwachte beweging maakte. Al met al weer goed gekomen, en onze relatie weer een stapje in vertrouwen verder...
De grootste toeristische trekpleister in Xi'an is het Terracottaleger. Gebouwd rond het jaar nul door een keizer die ook na zijn dood machtig wilde blijven (gebouwd in 40 jaar tijd door in totaal 720.000 mensen (slaven)). Elke soldaat, zo'n 6000 in totaal, is gemaakt in een mal met klei, is uniek en manshoog. Het was werkelijk indrukwekkend (zie onze foto's)!
Om uit Xi'an weg te komen hebben we wel iets meer last gehad van het grote aantal Chinezen op pad voor hun nieuwjaar (het jaar van het konijn). De treinen zaten allemaal vol naar onze volgende bestemming: Guilin. Geen nood, er zijn altijd nog vliegtuigen (maar een tientje duurder dan de trein en ipv 27 uur, 2 uur reizen). Gisteren (maandag) zijn we dus met Air China naar Guilin gevlogen.
Al met al weer een gave reiservaring rijker, we hebben het nog elke dag ontzettend naar onze zin. In Guilin wachtten ons de rijstvelden en het prachtige Karst-gebergte.
P.S.
-Aangezien we van mensen zoveel extra fotoruimte hebben gekregen (Bedankt John, en Johnny en Aagje!) hebben we nog een aantal foto's in oudere mappen bijgeplaatst.
Wist u dat:
- Theo, ondanks dat hij 6x per dag zijn hoofd stoot, omdat hij iets langer is dan de gemiddelde Chinees, hij het nog steeds leuk vindt in China.
- Sheila beweert dat het door het taalprobleem kwam dat ze met 30 koekjes thuiskwam, ipv de door haar bestelde 2.
- We nu ECHTE backpackers zijn, we hebben een hostel-membership kaart gekocht! (uiteraard voor de korting).
- Dat ondanks dat je in China maar 1 kind mag hebben er toch nog zoveel woningvraag is dat werkelijk overal gebouwd wordt.
- Toeteren hier een nationale sport is, ter compensatie aan het totale gebrek aan (verdere) rijkwaliteiten.
- De zonsondergang bovenaan de website onze eigen foto uit Mongolie is..
9 million bicycles in Beijing..
(Excuses voor de email bom, waarschijnlijk ging er iets niet goed met de website, we hebben ook veel moeite om in China onze website te beheren. De communisten hebben het niet zo op vrijheid van meningsuiting)
Nadat we (veel te) vroeg in de hoofdstad van Mongolie op de trein waren gezet, waarmee we een Deense wijsheid hadden gebroken (don’t get up before the sun does), vertrokken we keurig op schema naar de hoofdstad van China, Peking. Ook lieten we de extreme koude achter ons, Peking beloofde temperaturen rond het vriespunt. Deze trein was een grote meevaller, veel luxer, schoner en iets ruimer (voor de 1.90 van Theo wel fijn als je gestrekt kunt slapen) . De spoorlijn in Rusland en Mongolie heeft een andere breedte dan die in de rest van de wereld, waardoor we van onderstel moesten wisselen aan de grens met China. De grens zelf duurde een uur of zes en in die tijd zijn de toiletten gesloten, even ophouden dus.
De volgende dag (vrijdag 21 jan) kwamen we aan in Peking. Wauw! Wat een fantastische stad. Heel erg ruim opgezet, helder zonnetje (zonder smog, nog een voordeel van in de winter reizen) en serieus vriendelijke mensen. Wel worden we veel aangestaard, maar na oogcontact, lacht iedereen vriendelijk. Vaak willen mensen met je op de foto. Samen met een Deense medereiziger (Frej, de jongen met de dreadlocks op de foto’s in de trein) met de metro naar het hostel (jeugdherberg, of goedkoop hotel). Vanaf nu is niks meer geboekt of geregeld dus de Lonely Planet erbij (DE reisgids, zonder deze gids is het bijna onmogelijk (goedkoop) te reizen). Van toeristen oplichten zijn ze namelijk nogal en als je dan niks weet hoe bijvoorbeeld het busvervoer is geregeld, dan betaal je 30 keer te veel in de taxi/fietstaxi.In de 4 dagen dat we in Peking zijn geweest (waar het ondertussen alweer 7 uur later is dan in Nl.) hebben we de stad bekeken met de fiets (heel relaxed, met twee rijstroken gereserveerd voor fietsers), naar de Chinese muur geweest, Peking-eend gegeten (met die kl*te stokjes (quote van Sheila)) en de verboden stad (http://nl.wikipedia.org/wiki/Verboden_Stad) gezien.
In verband met het Chinese nieuwjaar (2 februari) reizen veel Chinezen naar hun families elders in het land. Dit brengt de grootste mensenverplaatsing ter wereld met zich mee. We waren dus heel blij dat we nog treinkaartjes konden regelen, na anderhalf uur in de rij (eerst de verkeerde, toen de juiste) te hebben gestaan naar de stad Xi’an. Hier zijn we vandaag (26 jan, na een rit van 11 uur over 1200km naar het zuiden) aangekomen. Wederom per luxe nachttrein, het wordt nog eens gek om in een stilstaand bed te slapen..
P.S. -Staatje blunders: 1 (een onstopbare lachbui van Sheila in de taxi in Mongolie tijdens hele rare muziek, wat later een Tibetaanse begrafenis mantra bleek te zijn).
-De Chinezen het principe van een zacht bed niet kennen.
-De Chinezen echt rare eet-gewoontes hebben: levende schorpioenen op stokjes, spartelende vis in een plastic tas (in een restaurant)..
-De overheid echt censuur toepast op internet (waaronder onze website).
-Dat de Chinese Muur geen roltrappen heeft en je daarom zelf alle trappen moet lopen.
Train number 4!
De Trans Mongolie Express.
Vorige week dinsdagavond was het dan zover: we stapten met z’n tweetjes op de trein van Moskou naar Ulan Bator in Mongolie. De tassen pasten amper door de smalle deurtjes. Onze leefruimte voor de komende 5 dagen was krap, maar kon nog veel krapper als de andere twee bedden ook bezet waren geweest. Toch nog een beetje privacy!
En dan? 5 dagen wachten? Vervelen? Nagels bijten? We hadden alles verwacht en bedacht, maar niet dat we onwijs zouden gaan genieten van niks doen en naar buiten kijken. Toch hebben we dat gedaan. Rustig opstaan, ontbijtje maken (alles meegenomen, of gekocht op de stations bij de babuschka’s (Russische omaatjes), want weinig faciliteiten aan boord), kopje koffie maken bij de samovar (de heet water boiler, zie foto) en dan: niks! Heerlijk.
De mede reizigers zouden allemaal lokalen zijn, zo was ons verteld, omdat het laagseizoen was. Niks was minder waar. Het was lekker rustig in de coupe, de helft van de bedden was leeg. De (bezette) helft waren alleen maar andere toeristen, Zweeds, Deens, Russisch en Amerikaans. Erg gezellig, ook nog een verjaardag van iemand gevierd...
De vijf dagen waren dus eigenlijk zo om. Afgelopen zondag vroeg aangekomen in Ulan Bator, de hoofdstad van Mongolie. Koud!! (-30C, dit staat trouwens ook altijd automatisch onder het kopje profiel) Netjes opgehaald en met een transfer naar het Terelj National Park, voor ons verblijf in de gertent (de traditionele huisjes van de Mongoolse nomaden, wordt nog altijd veel gebruikt). Wat een onwijs mooi land, ruimte, ruimte, ruimte. Hier hebben we twee dagen heerlijk gewandeld en genoten van het heerlijke eten (waar we vooraf een beetje tegenop hadden gezien). Klein technisch probleempje in de kou: de (kleine) camera bevroor en deed het even niet meer.
‘s Nachts was het een minder vredig verhaal in de tent. Bij temperaturen van -35C is het best belangrijk dat je kacheltje blijft branden. En dit kwam niemand voor ons doen. De wekker dus elke 2,5 uur gezet (nu weten we zeker dat we niet aan kinderen toe zijn) om te stoken. Geen top-nachtrust maar wel een (culturele) ervaring rijker.
Op de terugweg naar Ulan Bator kwamen we erachter dat de lokale bevolking geen Mongolen worden genoemd door hun hoge voorhoofd, maar door hun rijstijl!Bij de derde bijna-dood-ervaring verloor de chauffeur zijn fooi…
Ulan Bator zelf is een vieze, rumoerige, drukke stad. De zon schijnt in heel Mongolie, behalve hier door de smok (iedereen stookt op kolen).
Komende donderdag ochtend zullen we vroeg vertrekken met trein voor het laatste gedeelte van de Trans Mongolie Express naar Peking, China.